Nintendo’s iconische aap maakt zijn debuut op de Switch 2 in een wild avontuur dat hem naar de kern van de wereld stuurt. Een grote magische meteoriet gooit de wereld van Donkey Kong flink overhoop en onze favoriete aap is een onwaarschijnlijke held in dit alles. Hij heeft één goede reden om iedereen te helpen: bananen. Heel véél bananen. In Donkey Kong Bananza zijn er bananen in overvloed en smaakt het al snel naar meer… bananen. Het is een kleurrijke, vrolijke en verrassend veelzijdige 3D-platformer, die zowel trouw blijft aan zijn roots als frisse ideeën introduceert.

Springen en slaan

De besturing is in het begin even wennen. Springen doe je met A, terwijl de andere drie knoppen worden gebruikt om in verschillende richtingen te slaan: naar voren, omhoog en omlaag. Dat klinkt logisch, maar in het begin zat ik vooral mezelf in de weg. Ik verwachtte springen op B en sloeg daardoor regelmatig per ongeluk als ik gewoon wilde springen. Gelukkig begint het na een uurtje spelen echt te klikken. Dan ga je de besturing combineren en begin je Donkey Kong met gemak door de wereld te beuken. Het slaan op de grond om de gouden stukjes te verzamelen pak je ook al snel op, en het slaan om verborgen schatten te zien oplichten door de sonar-echo deed me al snel denken aan Hogwarts Legacy, maar dan op een veel snellere en leukere manier.

Het is knap dat Nintendo Bananza fris en anders weet aan te laten voelen dan hun bekende loodgieter. De gameplay van Donkey Kong Bananza voelt fysiek en agressief aan. Alles draait om beweging en slaan. Alle voorwerpen in de wereld draaien om erop te meppen, en dat voelt top aan. Je kunt stukken omgeving losrukken, rollen, springen, glijden en zelfs surfen op brokstukken. Wat vooral opvalt, is hoe soepel al die acties in elkaar overlopen. Het ene moment sla je een vijand de lucht in, het volgende moment ketst je via een ton door een muur heen naar een verborgen kamer vol bananen. De omgeving-geïnspireerde interacties met de wereld, waarbij je bijvoorbeeld struiken met doornen moet opblazen, zorgen ervoor dat het nooit eentonig wordt. Je krijgt als speler continu het gevoel dat je invloed hebt op de wereld om je heen.

Verkennen zonder je handje vast te houden

Wat Bananza onderscheidt van Odyssey en andere platformers, is de vrijheid die je als speler krijgt. De game dwingt je nergens toe, maar beloont nieuwsgierigheid continu. Bananen, fossielen en andere verzamelobjecten zijn slim verstopt in hoeken, bovenop platformen en achter destructieve muren. Je kunt tunnels graven en zo bij punten komen op verschillende manieren. Nintendo beschermt hier gelukkig wel de speler, want je kunt niet alles weg meppen waardoor er niks van het level overblijft. Het zoeken voelt nooit als eindeloos. Vaak ontdek je tijdens je zoektocht kleine puzzels die vragen om een slimme combinatie van bewegingen, aanvallen en transformaties.

Er zijn kaarten te vinden die je hints geven naar de verborgen schatten. Een leuk idee, maar de uitvoering had beter gekund. Je kunt markeringen zetten, maar het ontbreken van een handig lijntje of waypoint naar de aangegeven locatie voelt als een gemiste kans. Zeker in een game die draait om spelers hun eigen doelen te laten bepalen, had dit een mooie kleine luxe geweest.

Een RPG-sausje over je banaan

Bananza bevat lichte RPG-elementen in de vorm van een skilltree, maar verwacht geen diep systeem. De boom is vrij klein, en als je een beetje fanatiek bananen verzamelt (ik zat al snel op tientallen bananen in het eerste level) heb je vrij snel alles vrijgespeeld. Het is vooral leuk als tussendoortje, maar niet echt bepalend voor je voortgang.

Interessanter zijn de outfits voor Donkey Kong en Pauline. Die zien er niet alleen leuk uit, denk aan Hawaï shirts, mijnwerkerspakken en verschillende stropdassen, maar geven ook gameplay voordelen. Meer goud verzamelen of sneller zwemmen bijvoorbeeld. Dit maakt het verzamelen van outfits een stuk relevanter dan alleen cosmetische flair, hoewel het ook tegen je werkt als je gewoon een toffe outfit wilt en door de bonus niet die outfit “kan” dragen.

Transformaties en co-op

Een nieuwe toevoeging in Bananza zijn de transformaties. Door te veranderen in een gouden struisvogel, zebra of gorilla, krijgt DK nieuwe vaardigheden. Denk aan vliegen, rennen over water, of extra harde klappen uitdelen. Het houdt de gameplay fris en zorgt ervoor dat de levels steeds nieuwe lagen krijgen, want sommige paden kun je pas bereiken met de juiste transformatie.

De co-op daarentegen is minder indrukwekkend. Wie hoopt op een tweede speler als Diddy Kong komt bedrogen uit. In plaats daarvan kan speler twee projectielen als Pauline vanaf de rug van DK afvuren of obstakels wegblazen, vergelijkbaar met wat Nintendo eerder deed bij 3D Mario-games. Functioneel, maar weinig inspirerend. Een gemiste kans, want samen met een tweede aap door deze werelden banjeren had echt iets moois kunnen zijn.

Met één voet in het verleden

Grafisch ziet Donkey Kong Bananza er netjes uit. De game is kleurrijk, gedetailleerd en draait in docked mode over het algemeen vlekkeloos. Het zit vol stijl, en ik waardeer de vele elementen die kapotgaan met scheuren zoals het logo en zelfs de knoppen in de menuutjes. Zelfs als er tientallen vijanden tegelijk ontploffen en het scherm volloopt met gouden munten, weet de game netjes te blijven draaien. En daar hoort uiteraard ook een fijne soundtrack bij: vrolijk, energiek en met een hint van Japanse popinvloeden. Minder tropisch dan oudere DK-games, maar wel nog steeds herkenbaar als Donkey Kong.

De game startte oorspronkelijk als een Switch 1-titel, maar zelfs de Switch 2 heeft er af en toe moeite mee om de destructie goed in beeld te brengen. In echt chaotische situaties merk je wat haperingen, maar het doet gelukkig geen afbreuk aan de ervaring. Jammer genoeg is de impact in handheld mode wat groter. Daar zijn de graphics duidelijk minder scherp, en hoewel de cutscenes nog overtuigen, wil je deze game echt op het grote scherm spelen. Geen ramp, maar het is wel jammer. Ik hoop dat er hier en daar nog wat updates voor de game uitkomen om dit een stukje te verbeteren.

Een nieuwe klassieker

Nintendo bewijst met Bananza nog maar eens dat ze als geen ander weten hoe je platforming écht lekker laat aanvoelen. Donkey Kong Bananza is één van die games die je met een grote glimlach begint en eindigt. Het is niet perfect. De co-op stelt teleur, het upgradesysteem is wat beperkt en navigeren naar verzamelobjecten had handiger gekund. Maar wat daar tegenover staat, is een game die barst van de energie, charme, variatie en plezier. Samen met Mario Kart Switch 2 is dit dé reden om Nintendo’s nieuwe console in huis te halen. Als dit het niveau is dat we van Nintendo mogen verwachten in deze generatie, dan komt het wel goed. Sterker nog: dan wordt het een feestje vol met heerlijke bananen.